Zijn jullie gek ofzo?!

Zo’n vraag heb ik wel al eens gekregen wanneer ik vertel dat Hendrik en ik plannen de boerderij over te nemen. En ik snap wel dat dat voor veel mensen misschien iets raar is, om verschillende redenen.

Ten eerste – nogal voor de hand liggend – een boer is een uitstervend ras in België. Er zijn nu nog ongeveer 35.000 landbouwbedrijven (ongeveer hé, ik ken de exacte cijfers niet). Toen ik geboren ben waren dat er nog rond de 90.000. En het is nu niet dat ik zo oud ben. Op 30 jaar tijd blijft er nog (afgerond) 1 boer op 3 over! Dat zijn toch confronterende cijfers. En toch ook wat alarmerend. Het is nu niet dat ik een doemdenker ben, maar het lijkt me echt niet zo’n slimme beslissing om voor voedselvoorziening voor zo’n groot stuk afhankelijk te zijn van export. Tegenwoordig zijn er genoeg zotten aan de macht. Wij zijn dus pro Korte Keten. Recht van bij de boer! En dat is dan ook het belangrijkste punt waar ik mij voor wil inzitten na de overname. Mijn schriftje (ik ben nogal oldschool) barst van de ideeën om aan de slag te gaan met onze hoevewinkel. Mijn vingers jeuken om eraan te kunnen beginnen.

Enfin, ik wijk af. Redenen waarom mensen ons gek vinden, dus. 

Ten tweede, iedereen die mij vroeger kende, zal ongetwijfeld eens met de ogen draaien als die hoort dat ik boerin word/ben. Ik ben/was een stadsmens, hoewel ik opgroeide in een dorpje. Ik heb jaren lopen roepen dat ik niet terug wou naar mijn geboortestad, ik wou verhuizen naar een grote stad – liefst eentje buiten België. Op mijn 18de trok ik naar Leuven en het kotleven daar was zalig! Terugkeren naar mijn hometown deed dus wel wat pijn. En dan kom je opnieuw je beste vriend van de lagere school tegen en word je erop verliefd… een boerderij is niet zo makkelijk te verhuizen. Ik koos dus voor de liefde en besloot dan toch maar mijn leven hier op te bouwen. En hoewel ik mijn draai op de boerderij begin te vinden, zit er nog steeds een stadsmens in mij. Best of both worlds, daar zal ik maar voor gaan. 

Derde reden: naast het feit dat ik een echt stadsmens was, had ik ook schrik van alle mogelijke beesten en was ik vies van zowat alles. Niet echt goede eigenschappen voor een boerin. Mijn angst voor dieren ging al vrij snel over door de komst van Klaas (dat vertelde ik hier al). De enige angst die blijft is die voor muizen. Lach ermee zoveel als je wilt, ik heb echt enorme schrik van muizen (en andere knaagdieren bij uitbreiding). En laten die beestjes nu net graag op een boerderij vertoeven. Ik verstijf helemaal met de gedachte dat er eentje in mijn buurt zit. Altijd al gehad en dat zal altijd zo blijven. En ik weet dat ik daar geen schrik van moet hebben, ik weet ook dat dat beestje mij echt niets gaat doen, maar ik kan er echt niks aan doen. Ik sla compleet tilt. Zelfs nu met dit te typen krijg ik al kippenvel met de gedachte aan muizen.

Om een voorbeeld te geven van hoe groot mijn angst is: er zaten muizen op mijn kot in Leuven. Mijn mama had ongeveer 10 muizenvallen geplaatst (op een kot van 16m²!), ik had machines om in het stopcontact te steken die muizen zouden verjagen (werkt langs geen kanten!), alle gaten waren goed dichtgemaakt, al mijn eten was weg, ik had overal potjes eucalyptus geplaatst (zou volgens internet ook werken tegen muizen – doet het niet), kortom mijn kot was een fort, geen enkele muis kon er nog binnen. Of dat dacht ik toch. Mijn mama had me net – zoals elke zondagavond – naar kot gebracht. Ze was nog geen 5 minuten weg of ik hoor een muis onder mijn bed. Ik heb in complete hysterie naar mijn grootmoeder gebeld en gezegd dat ze onmiddellijk mijn mama terug naar kot moest sturen om mij te komen halen. En in tussentijd moest ze aan de lijn blijven. (GSM’s waren nog maar in opmars toen, ik kon mama niet in de auto bereiken). Godzijdank heb ik een ongelooflijk lieve/zotte mama – die mijn angst voor muizen deelt. Zij is dus toen ze thuiskwam van Leuven onmiddellijk terug in de auto gesprongen om mij te komen halen (ja, ik ben verwend). Toen ze aanbelde, ben ik van de tafel op een stoel op het nachtkastje geklommen om de sleutel uit het raam te gooien, want ik durfde niet op de vloer te komen, daar zat immers die muis. Mama plaatste nog wat extra vallen en we keerden terug naar huis. Ik ben dat jaar niet meer zo veel op mijn kot geweest. 

Dit alles om aan te tonen dat ik echt gigantisch-mega-hard schrik heb van muizen. Als ik er dus nu eentje in het stro of de stal zie/hoor, ben ik weg. Ik doe echt mijn uiterste best om mijn angst niet door te geven aan de kinderen. En tot nu toe lijkt dat te lukken.

Dus, mensen die vragen of we gek zijn, kunnen wel eens gelijk hebben. Maar dat tempert ons enthousiasme totaal niet. We blijven geloven dat we een sterk bedrijf kunnen runnen. 

En liever een beetje gek dan saai en normaal!

Reacties

Populaire posts